Bij het bepalen van de volgorde van de zoekresultaten maakt Google gebruik van meer dan tweehonderd verschillende rankingfactoren. En ondanks dat de webgigant het algoritme geheim houdt, zijn er bepaalde factoren waarvan we inmiddels met zekerheid kunnen zeggen dat ze voor Google van belang zijn. Eén daarvan is de URL (Uniform Resource Locator) van een pagina. Daarom geven we je in dit artikel tien direct toe te passen tips voor het creëren van de meest SEO-vriendelijke URL’s. Lees dus gauw verder en doe er je voordeel mee!
Benieuwd of jouw URLs SEO-vriendelijk zijn? Je kunt nu gratis een SEO scan aanvragen.
Gratis SEO scanTip 1: verwerk het zoekwoord in de URL, maar overdrijf dit niet
Zoals je wilt dat je zoekwoord voorkomt in de page title en meta description van een pagina, is het ook belangrijk dat je het laat terugkomen in de URL. Google ziet de URL namelijk als een belangrijke bron om te bepalen waarover een pagina gaat. En naast zoekmachines kijken ook gebruikers naar de URL om te bepalen of een bepaalde pagina in de Google-zoekresultaten aansluit bij hun zoekopdracht. Het is dus belangrijk om bij het maken van een nieuwe pagina altijd het (belangrijkste) zoekwoord in de URL te verwerken.
Het is echter wel belangrijk dat je het netjes houdt. Waak er dus voor dat je je schuldig maakt aan wat we noemen keyword stuffing, waarbij je onnodig vaak het zoekwoord terug laat komen. Dit is iets dat door Google niet gewaardeerd wordt. Laat een zoekwoord daarom niet meer dan één keer voorkomen in je gehele URL en stop de URL evenmin vol met allerlei verschillende zoekwoorden, zodat deze ontzettend lang wordt. Daarover hieronder meer.
Tip 2: houd je URL’s zo kort mogelijk
Daarnaast waarderen zowel Google als de gebruiker het namelijk wanneer je je URLs eenvoudig houdt. En met eenvoudig bedoelen we onder andere kort. Gebruik alleen de woorden die echt nodig zijn om de pagina te beschrijven en laat al het andere achterwege. Als richtlijn wordt doorgaans geadviseerd het bij maximaal 65 tekens te houden. Het zorgt ervoor dat het voor Google makkelijker is te begrijpen waar de pagina over gaat en het ziet er bovendien een stuk netter uit in de zoekresultaten. Vergelijk maar eens de twee URLs hieronder. Wij kunnen wel raden waar jouw voorkeur naar uit zou gaan:
In de eerste URL, van Smulweb, voegt het getal ‘1415200’ al niets toe. Noch de gebruiker, noch Google heeft hier iets aan om te begrijpen waar deze pagina over zal gaan. En het stuk wat daarna volgt is eenvoudigweg veel te lang. Dan is de URL van 24Kitchen een stuk concreter en daarmee duidelijker.
Tip 3: kies voor een korte domeinnaam
Om je URLs kort te kunnen houden, is het aan te raden om te kiezen voor een korte domeinnaam. Dit maakt hem makkelijker te onthouden voor bezoekers. Bovendien biedt het jezelf meer ruimte om achter de slash (/) informatie over een bepaalde pagina te bieden, zonder de grens van 65 tekens te overschrijden. Stel dat wij als domeinnaam bijvoorbeeld b-s-media-internetmarketing.nl gekozen zouden hebben in plaats van bsmedia.nl, dan had ons dit al twintig tekens extra gekost. Zie dan nog maar eens een acceptabele titel voor een blogbericht in je URL te verwerken…
Vandaar: houd het kort maar krachtig en vermijd bij voorkeur koppeltekens in je domeinnaam (en gebruik er anders hoogstens één). En daarnaast heeft het tegenwoordig ook weinig tot geen zin meer om een belangrijk zoekwoord in je domeinnaam te verwerken. Kies daarom liever voor een aansprekende domeinnaam die blijft hangen en gebruik het gedeelte achter de slash om pagina’s voor specifieke zoekwoorden aan te maken.
Tip 4: maak gebruik van HTTPS
Waar je bij een URL wellicht vooral denkt aan de domeinnaam en het gedeelte wat daarachter komt, is het begin van de URL misschien wel net zo belangrijk. Je kunt hier kiezen voor een www.- of een non-www.-domein, maar dat is nog niet eens het meest relevant. Zolang je maar een keuze maakt en de niet-gekozen variant doorverwijst naar de andere (tik je bijvoorbeeld bsmedia.nl in, dan word je automatisch doorverwezen naar www.bsmedia.nl), maakt dit voor Google niet uit. Wat wél van belang is, is of je kiest voor HTTP of HTTPS.
Ons advies: maak altijd gebruik van HTTPS. Hiermee realiseer je namelijk een beveiligde verbinding. We zullen hier niet al te diep ingaan op de vraag hoe dit precies zit, maar belangrijk is in elk geval te weten dat de gegevens die een bezoeker bewust of onbewust achterlaat op je website beter beveiligd zijn. Dit wordt ook in de browser weergegeven met een slotje voor de URL, wat vertrouwen wekt bij de bezoeker.
Gebruik je op dit moment nog het HTTP-protocol, maar wil je de overstap maken naar HTTPS? Dan is het belangrijk dat je website voortaan alléén via HTTPS te bereiken is, om duplicate content te voorkomen. Zorg er daarom dan voor dat alle HTTP-pagina’s worden doorverwezen naar de HTTPS-variant, met behulp van een 301-redirect.
Tip 5: vermijd het gebruik van hoofdletters (achter de slash)
Hoewel de meeste browsers tegenwoordig geen onderscheid meer maken tussen hoofdletters en kleine letters in URLs, is het toch verstandig om je URL volledig in kleine letters te schrijven. Met name het gedeelte achter de domeinnaam kan namelijk toch hoofdlettergevoelig zijn (of in de toekomst weer worden). Neem dus het zekere voor het onzekere en vermijd het gebruik van hoofdletters in je URLs. Het ziet er ook gewoon netter uit.
Tip 6: gebruik koppeltekens en geen underscores
Wanneer je woorden van elkaar wilt scheiden, gebruik je daar normaliter spaties voor. In een URL is dit echter niet mogelijk. Maar zou je in plaats daarvan alles aan elkaar schrijven, bijvoorbeeld https://www.bsmedia.nl/zoekmachineoptimalisatieseo/ in plaats van https://www.bsmedia.nl/zoekmachine-optimalisatie-seo/, dan begrijpt Google niet waar de betreffende pagina over gaat. In plaats van spaties gebruiken we dan ook verbindingsstreepjes (-) om woorden in een URL van elkaar te scheiden. Het gebruik van verbindingsstreepjes heeft de voorkeur ten opzichte van de underscore oftewel het liggende streepje (_). Dit laatstgenoemde teken wordt door zoekmachines minder goed begrepen en internetgebruikers zijn nu eenmaal ook gewend aan het ‘gewone’ streepje.
Tip 7: maak gebruik van statische URLs
Voor het creëren van URLs maken we een onderscheid tussen statische en dynamische URLs. Een statische URL ziet er netjes en overzichtelijk uit, terwijl een dynamische URL het gevolg is van een query naar informatie uit een bepaalde database van je website. Zoekfilters in webshops maken hiervan bijvoorbeeld gebruik. Wanneer je op de website van Wehkamp bijvoorbeeld zoekt op “babykleding” kom je terecht op de volgende pagina: https://www.wehkamp.nl/zoeken/?term=babykleding&type=manual. Dit is een voorbeeld van een dynamische URL. Wanneer je echter via het menu navigeert naar de pagina met babykleding, dan kom je terecht op https://www.wehkamp.nl/baby/babykleding/C50_3K3/.
Deze statische URL is, los van de nietszeggende cijfers achter /babykleding/, voor Google een stuk beter te begrijpen en ziet er bovendien veel beter uit.
Kenmerkend voor dynamische URLs is het voorkomen van allerlei parameters, cijfers en andere niet te begrijpen tekencombinaties. Naast dat je hierdoor veel te lange en onbegrijpelijke URLs krijgt, loop je hiermee ook het risico op duplicate content. Zorg er daarom voor dat je altijd gebruikmaakt van statische, zelf gecreëerde URLs.
Tip 8: maak gebruik van categorieën, maar voorkom te veel diepte
Zeker wanneer je een grote website met veel pagina’s hebt, is het handig deze op te delen in categorieën. Op die manier ontstaan er verschillende niveaus, die je kunt laten terugkeren in je URLs. Op deze manier begrijpt Google beter de structuur van je website en waar een bepaalde pagina over gaat, terwijl het voor de bezoeker eveneens duidelijk maakt waar hij/zij zich op de website bevindt.
Hoe dit er dan uit komt te zien? Nou, laten we het voorbeeld nemen van een online meubelzaak. Deze verkoopt onder meer bedden, tafels, banken, stoelen en kasten. De URL van de (sub)categorie hoekbanken zou er dan bijvoorbeeld als volgt uit kunnen zien: https://www.voorbeeld.nl/wonen/banken/hoekbanken/. De hoofdcategorie is dan dus wonen, waaronder ook bijvoorbeeld stoelen en kasten zouden kunnen vallen. Hieronder valt tevens de subcategorie banken, die vervolgens weer is onderverdeeld in (bijvoorbeeld) de subcategorieën hoekbanken, tweezitsbanken en driezitsbanken.
De kanttekening die hierbij geplaatst dient te worden is dat je de website ook weer niet té diep moet maken. Dat wil zeggen: gebruik niet te veel subcategorieën. Drie, zoals in het voorbeeld hierboven, is het maximale dat aan te raden is. Worden het er meer, dan overschrijd je al gauw het maximale aantal van 65 tekens en wordt de URL dus te lang.
Tip 9: hanteer een vaste URL-structuur
Daarnaast is het belangrijk om te zorgen voor een vaste URL-structuur. Dat wil zeggen dat je het onderverdelen in niveaus op een consistente wijze doorvoert. Wil je bijvoorbeeld dat je schildersbedrijf vindbaar wordt in jouw regio en maak je voor diverse plaatsen aparte landingspagina’s aan? Doe dit dan telkens op dezelfde manier, bijvoorbeeld /schilder/zwolle/ en /schilder/kampen/ en niet /schilder/zwolle/ en /schilder-kampen/. Hetzelfde geldt voor wanneer je gebruikmaakt van productcategorieën in je webshop (zie het voorbeeld bij tip 8 hierboven) of bijvoorbeeld blogs plaatst onder verschillende categorieën.
Tip 10: schrijf je URL’s in telegramstijl
Tot slot een tip die aansluit bij onze eerdere adviezen om je URLs vooral kort en overzichtelijk te houden: schrijf ze in telegramstijl. Daarmee bedoelen we dat je alle nietszeggende woorden achterwege laat. Denk hierbij aan de lidwoorden de, het en een en andere ‘grammaticale’ woorden, die niet per se nodig zijn om een URL te begrijpen. Dus bsmedia.nl/online-marketing/zwolle/ en niet bsmedia.nl/het-online-marketingbureau-van-zwolle-en-omstreken/.
Aan de slag!
Dat waren ze dan, de tien gouden tips voor de meest SEO-vriendelijke URLs. We hopen dat je hiermee aan de slag kunt om jouw website nóg aantrekkelijker voor Google én de bezoeker kunt maken. Kun je onze hulp hierbij gebruiken? Neem dan gerust contact met ons op!Neem contact op
